Accessibility Tools

Skip to main content

Ik maande mijn broertje om mee de schuilkelder in te gaan

 

Opgroeien in de oorlog

De vroegste herinneringen van Ernest H. Sparenburg (1936) gaan terug tot hij een jaar of twee was. Op een zondagmiddag ging het gezin het nieuwe huis aan het stationsplein bekijken. Zij verbleven daar een groot deel van de oorlog. Op 24 september 1944 zijn zij naar de Doelen verhuisd, het kantoor van Gimborn.

In september ‘44 begon de oorlog voor ons pas goed

Henk Huuskens (1931) groeide op in Giesbeek en maakte de Tweede Wereldoorlog van dichtbij mee. Behalve de gevechten en de evacuatie bracht de aanwezigheid van het Duitse leger Henk leuke momenten. Henk herinnert zich nog dat de Duitse soldaten snoep gaven en hem in de auto lieten zitten. Voor een jongen die opgroeide in het Giesbeek van de jaren dertig was dat een hele beleving.

Je moet geluk hebben om te overleven

Als Eef Sweers (1930) erop terugkijkt hoe goed hun gezin door de oorlog kwam, denkt hij vooral aan de vooruitziende blik van zijn vader (Albert Sweers). Het gezin woonde aan de Grietsestraat in Zevenaar en maakte het bombardement van 1945 van dichtbij mee.

Memorie

Net voor de kerstdagen (2002) moest ik voor mijn vrouw wat boodschappen doen in het winkelcentrum, en ik trof daar een oude plaatsgenoot en op het plein tussen de winkels kwamen wij even in gesprek, op een gegeven moment vroeg die plaatsgenoot aan mij of ik mij nog kon oriënteren waar wij stonden in de oude situatie dus ruim voor het bouwen van het voormalige minicentum waar wij nu stonden te praten.

Mijn vader haalde een list uit

Het leven in Zevenaar ten tijde van oorlog

De vroegste herinneringen van Ernest H. Sparenburg (1936) gaan terug tot hij een jaar of twee was. Op een zondagmiddag ging het gezin het nieuwe huis aan het stationsplein bekijken. Zij verbleven daar een groot deel van de oorlog. Op 24 september 1944 zijn zij naar de Doelen verhuisd, het kantoor van Gimborn.

Mijn verhaal over ‘Leven in de Liemers en met name in Duiven’

Ik weet nog goed hoe mijn Liemerse verhaal is begonnen. In 2000 ging ik samen met mijn toenmalige partner op zoek naar een woning nadat duidelijk werd dat mijn nieuwe baan in Arnhem een vast contract zou opleveren. In eerste instantie was het puur toeval dat ik vanuit Groningen in Duiven terecht kwam. We vonden na enig zoeken in de regio een passende woning met tuin op loopafstand van het station in Duiven. Hierdoor kon ik dagelijks met de trein naar m’n werk in Arnhem zonder dat ik nog aanvullend van een fiets gebruik behoefde te maken. Duiven blijkt optimaal gelegen aan het spoor, maar ook direct aangesloten op het landelijk snelwegennet. Met familie in het zuiden, maar vooral het noorden van het land is de ligging aan de A12 een superuitvalsbasis. De direct noodzakelijke voorzieningen zijn in Duiven goed geregeld, en mijn bovenliggende wensen komen in de regio voldoende aan hun trekken. Kortom Duiven voelt als een prima woonplek.

Mijn verhaal over de Liemers en Duiven is dat van ontmoeting en ontdekking

Toen ik inwoner van Duiven werd begin 2014 was ik nieuwsgierig. Nieuwsgierig naar het landschap met zijn dijken, kerken, kassen, de weilanden, de akkers en hun producten en de dorpen van Duiven en van De Liemers. Fietsen is voor mij het middel om te ontdekken. Het geruis langs je hoofd van wind op de dijken, de Hollandse (of moet ik zeggen Liemerse) luchten, de uiterwaarden, soms woest, maar altijd veranderend, aan de ene kant van de dijk, het cultuurlandschap aan de andere kant, de dikke Toren van Oud Zevenaar waar ik een veel grotere plaats bij vermoedde, of op zijn minst een oud klooster, het kerkje van Hoog-Elten dat je veelal ziet in de verte, en de beklimming van de Elterberg (nou ja berg….) daar.

Paul Mulder

Volgens juffrouw Dora van de kleuterschool kon ik goed tekenen. Hierdoor gesterkt, want juffrouw Dora zei nooit zomaar iets, besloot ik later kunstschilder te worden. Dat leek me wel wat. Inspiratie had ik ook al; een buurmeisje beloofde plechtig om voor mij te poseren als we ooit groot zouden zijn.

Ploegen in het Duivense Broek

Leven en werken in Duiven en omgeving

Gerrit Smeenk (1930) uit Duiven vertelt over het leven en werken in Duiven en omgeving. In de loop der jaren had hij verschillende banen, waaronder in het Duivense Broek. De ruilverkaveling die daar plaatsvond, was niet altijd eerlijk.

Sprankelen

Mijn eerste stagedag als leerkracht was op basisschool De Driehoek in Aerdt. Sterker nog; het was mijn allereerste dag van de lerarenopleiding. Na twee afgebroken studies wist ik het even niet meer. Toch eerst maar in dienst of eerst nog iets anders proberen? Uiteindelijk ging ik in de vroege herfst van 1988 eens informeren op de pabo. “Als je komende maandag begint, dan kun je het eerste jaar nog halen”, kreeg ik te horen.

Tolkamer, toen er nog "tol" te heffen viel

Het verhaal van een douaneambtenaar

Het is een mooie dinsdagmiddag. Ik zit in de zon op een bankje aan de Europakade in Tolkamer en kijk uit over het water. Ik denk terug aan het gesprek dat ik enige maanden geleden had met Lerus v.d. Laan. Hij vertelde dat het hier tot in de tachtiger jaren een drukte van belang was. Als douaneambtenaar had hij het allemaal meegemaakt.

Wanneer je probeert er iets van te maken, dan kom je er wel doorheen

Het is juni 1966. Over een paar weken, 6 juli, wordt Henk Dellepoort (1956) tien jaar. In dezelfde maand is in Zevenaar een grote uitbraak van tbc. Henk blijkt besmet en wordt vlak voor zijn tiende verjaardag opgenomen in sanatorium Dekkerswald in Groesbeek. Dertien maanden later, Henk is dan al elf, mag hij weer naar huis.

Wedstrijd

Enkele jaren geleden organiseerden Erfgoed Gelderland en Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers een talentenjacht voor streektaalzangers/zangeressen onder de fraaie, maar niet zo heel erg streektaalachtige titel Puur Gelderse Sound. Zonder grote verwachtingen besloten Frans van Gorkum en ik als het duo Mulder & Van Gorkum een gooi te doen naar eeuwige roem.

Wonderbaarlijke krachten van Maria

Corrie ten Brinke-Bloemberg (1944) heeft in haar jeugd meerdere malen meegelopen met de processie vanuit de kerk van Groessen naar Oud-Zevenaar. Deze processie werd gehouden op de zondag vóór de Groessense kermis, die altijd op de derde zondag van september was. Oud-Zevenaar was in die tijd een bekende bedevaartplaats. Ook uit de omringende dorpen liepen gelovigen één keer per jaar naar het bijzondere Mariabeeldje.