Tuinbouw in de Liemers
De Liemers staat onder andere bekend om de vele tuinbouwbedrijven. Er was zelfs een groente- en fruitveiling in Zevenaar die bijna 70 jaar in werking was. Ook hadden we in de Liemers een eigen land- en tuinbouwschool. Hoe kwamen al die tuinderijen hier terecht? En wat leerden ze op die school? Lees snel verder.

Liemers Museum
Groenten, fruit en bloemen
Door een grote crisis in de landbouw in 1880 in West-Europa, zochten de boeren andere manieren om hun groente en fruit te verbouwen. Aan het einde van de 19e eeuw waren er goede kansen voor de tuinbouw in heel Nederland. Ook waren er steeds meer kansen om tuinbouwproducten zoals groenten, fruit en bloemen te verkopen in het buitenland.
Rond 1900 was al 1/3 van de Nederlandse tuinbouwproducten bedoeld voor de export. Tussen 1890 en 1914 gingen de prijzen van groenten, bloemen en andere tuinbouwproducten veel sneller omhoog dan die van vee en graan. Daardoor stapten veel boeren over op de tuinbouw.
Treinen vol aardbeien
Tuinbouw gaat het best op vruchtbare kleigrond en die komt in de Liemers veel voor. Rond 1900 begon Groessen zich te ontwikkelen als het centrum voor tuinbouw in de Liemers. Ook in Loo en Oud-Zevenaar was tuinbouw, maar iets minder.
Tuinders uit Huissen verhuisden naar Groessen omdat de grond daar goedkoper was en er meer ruimte was. Ze brachten platglas mee, dat ze gebruikten voor de kassen. Hierdoor kwam er een groot aanbod van aardbeien. Tussen 1925 en 1927 werden soms wel dertien treinwagons met aardbeien per dag naar Duitsland vervoerd.
Er kwamen ook meer staande glaskassen waar tuinders op kunstmatige manieren groenten gingen verbouwen, zoals spinazie, sla, andijvie, uien, prei, worteltjes, radijs, knolselderij, rabarber, komkommers en postelein. Ook bloemen, druiven, tomaten, meloenen en perziken deden het goed achter glas.
Een eigen groente- en fruitveiling
In het begin werd de groente en het fruit verkocht op markten in de buurt. In Didam was er al vanaf 1876 een wekelijkse groentemarkt. De grotere markten waren in Elten, Emmerich en Arnhem. Het was altijd onzeker hoeveel er verkocht zou worden en dus hoeveel geld het opleverde. De mensen zochten daarom een andere manier om groente en fruit te verkopen.
In 1918 opende in Zevenaar een groente- en fruitveiling. Daardoor kwam er meer zekerheid voor de tuinders. De verkoopkansen voor groenten en fruit werden veel beter. Toch bleven veel kwekers, hun producten ook op de markt verkopen, omdat de prijzen daar hoger waren.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog moesten veel kwekers hun bedrijven verlaten vanwege het gevaar van de oorlog. De veiling raakte zwaar beschadigd, maar werd na de oorlog weer opgebouwd. In 1956 opende een nieuw gebouw.
In 1987 ging de Zevenaarse veiling samen met de Veiling in Bemmel als Veiling Oost Nederland (VON). Het Zevenaarse gebouw werd toen een opslag voor groente. Op 16 april 1992 werd de veiling in Zevenaar gesloten.
Naar school in de winter
In 1917 besloot de overheid om scholen voor land- en tuinbouwonderwijs op te richten. Ook in de Liemers was zo’n school nodig. Er kwam een rooms-katholieke school in Didam. Deze werd op 5 januari 1922 geopend. Eerst was het alleen een winterschool. In de andere seizoenen waren de leerlingen nodig in het bedrijf. Na twee winterperiodes moesten de leerlingen een afsluitend examen doen.
Vanaf 1927 werd de school vernieuwd. De proeftuin die bij de school hoorde werd uitgebreid. Het werd een tuinbouwbedrijf waar ze lieten zien wat er allemaal mogelijk was. Er was een gedeelte met platglas en een koudwarenhuis, een druivenserre, drie verwarmde kassen en een kweekkas. Ook werd een deel van de tuin gebruikt voor fruitteeltonderwijs.
Na 1945 kreeg de school er een verdieping bij en in 1957 werd de naam veranderd naar Middelbare Land- en Tuinbouwschool. Maar langzaamaan kregen steeds minder leerlingen interesse in dit onderwijs. In 1961 stopte de school in Didam. Het gebouw in Didam bestaat nog steeds en het is nog steeds een school: het Liemers College, afdeling Didam.
Er was ook een Rooms Katholieke tuinbouwschool In Groessen. Deze werd in 1948 geopend. In 1959 ging de school samen met de lagere landbouwschool in Oud-Zevenaar.
Deze pagina is een bewerkte versie van een eerdere publicatie. Bewerking: VAtotZ & Kunstwerk! Liemers Museum.
Literatuur
Jan B. Smit, De sociaaleconomische ontwikkelingen van de regio Liemers (1815-1940) :Hilversum: Uitgeverij Verloren 2010.
Bob Gerritsen, Rien van den Heuvel, Gerard van Hunen, Dick Jonker, Hans Lamers en Jan Verhagen: Duiven Groessen Loo, uit de historie van drie Liemerse dorpen: Zevenaar 2013.
Geert Tomassen, Landbouwonderwijs in Didam: (jaarboek Oaver Diem 2008)
Internet oud-zevenaar.nl/het-dorp/geschiedenis/veiling/index.html