Accessibility Tools

Skip to main content

De taal van de Liemers

Vroeger, toen men niet zo mobiel was als tegenwoordig, sprak men het dialect van de eigen omgeving. Eeuwenlang waren dialecten standaardtaal en werd de taal van de overheid slechts door enkelen gesproken.

Geldern-Atlas 2003, S.99

Interessant is het om op te merken dat het dialect in tegenstelling tot een landstaal geen grenzen kent. Vele eeuwenlang was het niet echt hoorbaar als je je van Gelders naar Kleefs gebied begaf. We spreken van een dialect-continuüm, een keten van dialecten, waar je zonder al te veel communicatieproblemen doorheen kon wandelen. Zo kon men nog tot in de 18e eeuw van Duinkerken tot Sint-Petersburg in Nederlandse dialecten elkaar verstaan.

Dialect en standaardtaal

Het dialect behield zijn positie als dagelijkse omgangstaal tot ver in de 20e eeuw. Na de jaren 1960 nam de standaardtaal de overhand en handhaafden elementen van het dialect zich in wat men ‘regiolect’ noemt. In min of meer hechte plattelandsgemeenschappen was en is het dialect een sociaal bindende factor. Je hoort erbij als je het spreekt. Dialect lijkt zich in het oostelijk deel van de Liemers beter te handhaven dan in het westelijk deel. Dat heeft wellicht te maken met de nabijheid van grote steden als Arnhem en met het feit dat de dorpen rondom die steden uitgroeiden tot overloopgebied voor de stad. Dit is goed waar te nemen in carnevalstijd: in plaatsen als Duiven en Zevenaar heeft het dialect nauwelijks meer een plek in het feestgedruis. In een plaats als ’s-Heerenberg is het dialect tijdens de carneval welhaast verplicht.

Varianten krijgen het zwaar

In een steeds meer verstedelijkend Nederland werkt het dialect of een bepaald accent als een sociale stempel. Scholing en sociale positie is daarbij een belangrijk aspect. Historisch gezien zou je kunnen zeggen dat de standaardtaal door wereldlijke en kerkelijke overheden - via hun scholen en kansels - en tevens door de sterk vergrote mobiliteit aan alle bevolkingsgroepen werd ‘opgedrongen’. Lokale varianten (in taal, kleding en volksgebruiken) kregen het daardoor zwaar. De Liemers behoort taalkundig tot het Nederfrankisch dialectgebied en daarbinnen tot het Kleverlands. Die naam laat zien dat het Nederlands oorspronkelijk niet zomaar aan de grens ophield. In zowel het Kleverlands als het Limburgs wordt duidelijk dat de staatkundige grenzen die in 1816/1817 getrokken werden, een cultureel en taalkundige eenheid doorsneden. Dialectgrenzen worden getrokken aan de hand van belangrijke verschillen die je hoort. De Achterhoek en Westfalen behoren tot het Nedersaksisch taalgebied; daar spreekt men van ‘wi maakt’ en ‘ie bunt’. In de Liemers en in de Niederrhein van ‘wi make’ en ‘ge’j bunt/zunt’.

Kenmerken van de Liemerse dialecten

De volgende tabel geeft een aantal kenmerken van de Liemerse dialecten weer. Zowel werkwoordsvervoegingen als meervouden van zelfstandige naamwoorden worden hier volstrekt anders dan in de standaardtaal gehanteerd. Bovendien worden klinkers vaak langer uitgesproken, net als in het Duits.

Nederland vs Liemers dialect grijs

Lees hier een voorbeeld van het Kleverlands in Liemers en Niederrhein of beluister fragmenten in de mediagalerij.

Dialectverlies, een verlies?

Wat bij de afname van dialecten overblijft zijn kenmerken van de oorspronkelijke dialecten. We spreken dan over de term regiolect of regionale omgangstaal. Een belangrijk aspect daarvan is het accent, waaraan men vaak globaal iemands herkomst kan herkennen. In het Nedersaksische deel van Nederland valt bijvoorbeeld de uitgangs -n op (‘praoten’), die in de Nederfrankische dialecten juist niet wordt uitgesproken (‘praote’). Verder de vlakke klinkeruitspraak, terwijl die bijvoorbeeld in West-Nederland veel meer een tweeklank is.

Antoon Berentsen

Literatuur

Berns, Jan: Zuid/Gelderse dialecten. (= Taal in land en streek, nr. 13) Den Haag 2002
Bruijel, Martinus: Het dialect van Elten/Bergh. Utrecht 1901
Cornelissen, Georg: Das Niederländische im preußischen Gelderland und seine Ablösung durch das Deutsche. Untersuchungen zur niederrheinischen Sprachgeschichte der Jahre 1770 bis 1870. Bonn 1986
....
Bekijk hier de complete literatuurlijst ff