Als daar maar iets van terechtkomt
Mevrouw Witjes uit Giesbeek vertelt over haar ervaringen als kleuterleidster in Giesbeek in de periode 1966-1998 en de veranderingen die ze daarbij heeft ervaren.
Het begin
"Op mijn drieëntwintigste solliciteerde ik in Giesbeek bij de dorpspastoor voor kleuterleidster. Ik was al getrouwd. De pastoor zei: ‘Ik hoop niet dat u gauw zwanger bent, want dan bent u weer weg.’ Ik was snel zwanger, dus na twee jaar was ik weg. Op mijn achtentwintigste begon ik weer in Giesbeek. Vanaf toen heb ik gewerkt tot mijn achtenvijftigste. Ik ben begonnen op de Lidwina kleuterschool (gebouwd in Giesbeek in 1959). We hadden vier lokalen en vier kleuterklassen. In het begin hadden we wel veertig kleuters in de klas in de leeftijd van vier tot zes jaar. Aan het begin van een nieuw schooljaar gingen de eerste paar dagen de deur van het lokaal en de poort van de school op slot. Met zo veel nieuwe kinderen wilden er altijd wel een paar vandoor. Na een paar dagen niet meer.
1985: De wet op het basisonderwijs
In september 1985 werd de wet op het basisonderwijs ingevoerd. De kleuterschool voor kinderen van vier en vijf jaar werd samengevoegd met de lagere school tot de basisschool en de leerplicht werd vervroegd. De Lidwinaschool kwam leeg te staan en wij verhuisden naar de Paulusschool. Voortaan waren wij groep één en twee van de basisschool. Deze verandering was niet makkelijk. Onze oude school was prachtig, we hadden alles. Op de Paulusschool kwamen we cru gezegd in een ouwe zooi terecht. De school was totaal niet aangepast aan kleuters. De leerkrachten van de Paulusschool vonden het in het begin maar niks dat wij overdag op de speelplaats met de kleuters speelden. Zij hadden de ramen open staan en vonden de spelende kleuters storend. Ze moesten eraan wennen dat wij in groepjes werkten en zij klassikaal. Bij ons was het altijd lawaai in de klas. Er werd gepraat en door elkaar heen gelopen. Zij van de Paulusschool moesten daar wel even aan wennen. Het viel uiteindelijk wel mee, maar in het begin dachten ze: ‘Als daar maar iets van terechtkomt.’
Toen en later…
In het begin gaf ik vijf uur per dag les en werkte ik daarnaast aan de lesvoorbereidingen en de extra activiteiten voor bijvoorbeeld Kerst en Pasen. Ik had niks te klagen. In de loop van de jaren bereidde ik steeds meer voor. Wij hoefden toen nog niet zoals nu elke avond een verslag te schrijven van ieder kind. Ik zag de kinderen ook wel veranderen.Toen waren wij nog niet zo alert op kinderen die misbruikt werden of die het moeilijk hadden om wat voor reden dan ook. In de loop van de jaren ben ik alerter geworden. Al met al kijk ik met veel plezier terug op mijn loopbaan. We hadden een warme en gezellige sfeer onder elkaar. Een kleuterschool in een dorp was anders dan in de stad. Het hele dorp kende elkaar, de ouders kenden elkaar en de kinderen kenden elkaar. In de beginjaren, met veertig kinderen in de klas, was ik vooral bezig de zaak op orde te houden en het zo gezellig mogelijk te maken.
Alles moet eerder
Wat ik de grootste verandering vind als ik terugkijk op de periode waarin ik lesgegeven heb en de tijd nu? Dat de kleuters van nu al zo veel achter de computer zitten. Met vier jaar moeten ze al zo veel kunnen en ze gaan een jaar eerder naar groep drie. Ik vind dat kinderen de ruimte moeten krijgen om zelf dingen te ontdekken. Toen ik nog lesgaf was er meer ruimte voor de kleuters. Als een kleuter wat achterbleef was het niet erg om te blijven zitten. Dat kwam vanzelf wel weer goed. Soms is een kleuter gewoon nog wat peuterachtig en heeft ‘ie’ wat meer tijd nodig. Dat vind ik jammer aan deze tijd. Alles moet eerder. Ik denk nog weleens terug aan mijn oude inspectrice. Dat was een hele mooie vrouw. Ze had een prachtige hoed op en ze droeg een heel mooi mantelpakje. Zij was er altijd heel erg op tegen dat wij al begonnen met tellen en met letters en zo. ‘Dat moeten die kinderen zelf ontdekken, dan dringt het door’, zei ze dan. Nu denk ik: ‘ze had wel gelijk’. Toch geloof ik dat die goeie warme sfeer van de kleuterschool nog wel bewaard is gebleven. Ik kom weleens op de Paulusschool om te kopiëren. Dan zie ik de kleuters zitten en denk ik: ‘die sfeer van overdag bestaat nog wel.’"
Interviewer en auteur: Annemarie Kistemaker